Een dubbele lijn tekenen
Gereedschap |
Gereedschappenset |
Sneltoets |
Dubbele lijn |
Basisgereedschappen |
Alt+2 (Windows) Option+2 (Mac) |
Met het gereedschap Dubbele lijn tekent u dubbele lijnen onder een gedwongen of een vrije hoek. Het is onder andere mogelijk om een tussenafstand op te geven en de invoeglijn te bepalen. Ook kunt u een dubbele lijn samenstellen aan de hand van componenten.
Methode |
Omschrijving |
Onder gedwongen hoek |
Selecteer deze methode om de lijn onder gedwongen hoeken te tekenen. De richting van de lijn is dan beperkt tot horizontale en verticale lijnen, eventueel uitgebreid met andere hoeken die u bepaalt via de restrictie Grijp naar hoek. |
Onder vrije hoek |
Selecteer deze methode om de dubbele lijnen onder vrije hoek te tekenen. Houd de shift-toets ingedrukt om tijdelijk over te schakelen naar Onder gedwongen hoek. |
Invoeglijn aan de linkerrand |
De cursorlijn valt samen met de linkerzijde van het object. |
Invoeglijn in het midden |
Kies deze methode om twee lijnen op een gelijke afstand van de cursor te creëren. |
Invoeglijn aan de rechterrand |
De cursorlijn valt samen met de rechterzijde van het object. |
Invoeglijn bepaald d.m.v. "Afstand invoeglijn" |
Kies deze methode om de dubbele polygoon op een bepaalde afstand vanaf de invoeglijn in het midden te plaatsen. Geef de afstand op in het Instellingenvenster. |
Instellingen |
Klik op deze knop om het dialoogvenster ‘Dubbele lijn/polygoon’ te openen. Hier vindt u extra objectparameters. |
Tussenafstand |
Geef de afstand op tussen de twee lijnen. Deze waarde moet groter zijn dan 0. |
Om een dubbele lijn te tekenen:
Activeer het gereedschap en de methode.
Bepaal de ligging van de invoeglijn aan de hand van de secundaire methodes.
Geef een waarde op voor de Tussenafstand in de Methodebalk.
Klik op de knop Instellingen om de overige parameters in te stellen.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergenKlik hier om de velden te tonen/te verbergen
Veld |
Omschrijving |
Tussenafstand |
Bepaal de afstand tussen de twee lijnen; deze parameter vindt u ook terug in de Methodebalk. De eenheid is afhankelijk van de instellingen van het document. |
Afstand invoeglijn |
Hier bepaalt u de afstand vanaf het midden tot de twee lijnen. Geef een positieve of negatieve waarde op. Een waarde 0 komt overeen met het middelpunt van de twee lijnen, de helft van de tussenafstand komt overeen met de bovenste lijn en min (-) de helft van de tussenafstand komt overeen met de onderste lijn. |
Creëer |
|
Lijnen |
Selecteer deze methode om lijnen te creëren. |
Polygonen |
Selecteer deze methode om polygonen te creëren. De eindpunten van de polygoon worden gesloten. |
Lijnen en polygonen |
Selecteer deze methode om lijnen en polygonen te creëren. De polygonen hebben een lijndikte ‘0’. |
Componenten |
Klik op deze knop om nieuwe componenten tussen de dubbele lijnen te definiëren (zie Componenten tekenen tussen dubbele lijnen). De vulling voor componenten is alleen zichtbaar voor dubbele lijnen die u creëerde met de optie Creëer polygonen of Creëer lijnen en polygonen. |
Klik in de tekening om het beginpunt van de dubbele lijn te bepalen.
Klik opnieuw om het eindpunt van de dubbele lijn te bepalen.